Staren

Voordat de operatie en de chemo’s waren begonnen was ik best een beetje bang voor de reactie van mensen op straat. Na de operatie zou ik een kussentje onder m’n arm gebruiken en na de chemo zou ik een hoofddoekje gaan dragen. Ik hield me vooraf veel bezig met de vraag hoe mensen op me zouden reageren. Ik zag er zelf best tegenop, maar zouden anderen ook iets aan me zien? Toch is het staren me, op een paar situaties na, alles meegevallen. Het gebeurde wel, maar ik heb in bijna een jaar maar een aantal momenten gehad waarop ik me echt ongemakkelijk heb gevoeld.

Mijn kussentje

Mijn kussentje

Toen ik voor het eerst naar buiten ging met een kussentje onder mijn arm, en daarna de eerste keer naar buiten ging met m’n hoofddoekje, was ik er van overtuigd dat mensen zouden gaan staren. Niets was minder waar. Mensen zijn over het algemeen zo druk met hun eigen ding (de boodschappenkar, vrienden waar ze mee praten, bellen, etc.) dat ik niet opviel met mijn kussentje/hoofddoekje. Ik was hierdoor zo opgelucht! Ik had me veel te druk gemaakt om de mening van anderen en ik was op dat moment heel blij met het individualisme in de samenleving.

Toch merkte ik het aan het begin altijd wel op als er mensen naar me keken. Ik was het natuurlijk niet gewend dat mensen naar me keken, was ook maar een doodnormale Brummense. Maar na een tijdje heb ik een soort natuurlijke manier gevonden om die blikken te vermijden. Mijn omgeving had er op een gegeven moment meer last van dan ikzelf. Het boeide me eigenlijk niet zoveel meer wat die paar mensen van me vonden, het was me allemaal zo meegevallen. Die paar mensen nam ik wel voor lief.

Nog een foto van één van mijn hoofddoekjes!

Nog een foto van één van mijn hoofddoekjes!


Wel viel het op dat de mensen díe op straat naar me keken, in een paar groepen te verdelen waren; de 50+ vrouwen, de stelletjes die even niets te doen hadden, de 15-jarige jongetjes en moslims. De eerste 2 groepen keken vooral vol medelijden naar me en de laatste 2 vol verbazing. Vooral om de laatste 2 groepen heb ik zelf veel lol gehad. (Over de moslims komt nog een aparte blog, want ik ben de afgelopen maanden veel te weten gekomen over deze voor mij best onbekende groep.)

Er zijn zoals gezegd een paar momenten geweest waarop ik me erg ongemakkelijk heb gevoeld. Dat waren dan ook de momenten waarop ik besefte dat mensen met veel tijd ook eerder zullen staren. Zo werd er bijvoorbeeld veel naar me gestaard op het terras in Scheveningen, tijdens een avondje stappen in de kroeg en een dagje uit naar de zwarte markt. En eigenlijk ook best logisch; ik vind het op een terrasje ook heerlijk om “mensjes te kijken”.

Maar sommige mensen kunnen echt heel onbeschoft zijn en blijven staren! Alsof ik een buitenaards wezen was, zo bleven een aantal mensen me verbouwereerd aankijken. En dat je dan, na herhaaldelijk een staarbattle aan te zijn gegaan, nog steeds de hint niet begrijpt vind ik bijzonder.

Tijdens het avondje stappen!

Tijdens het avondje stappen!

In de kroeg werd het nog leuker; “Moet je dat zien, is zij moslim denk je?” Beste mannen; ik sta letterlijk naast jullie! Ik kan jullie horen! En daarnaast ben in blijkbaar veranderd in een “dat”. Ik ben zo iets ondefinieerbaars geworden dat ik bestempeld word als een “dat”. Normaal wordt je in de kroeg aangekeken omdat je er leuk uitziet, of gek danst, maar nu was ik een “dat” die op een manier werd aangekeken waar de honden geen brood van lusten. Dat deed me best wel pijn.

Wat op deze momenten wel opviel was dat de mensen die zo onbeschoft staarden niet binnen de eerder genoemde groepen vielen. Het waren individuen die iets verder gingen dan het “gewone” staren en die blijkbaar naast een overschot aan tijd ook hele andere normen en waarden hadden dan ik. Ik zou deze mensen wat willen meegeven, maar eigenlijk kan iedereen er wel wat van leren; schrijft u mee? Ik daag iedereen uit om eens verder te kijken dan de buitenkant. Want misschien is dat meisje in die zwarte kleding wel heel onzeker. Misschien is die jongen die heel chagrijnig kijkt wel heel verdrietig. En misschien zit er achter dat hoofddoekje wel een fucking stoere chick die tijdens de chemo gewoon in de kroeg staat met haar vriendinnen!

Al met al viel het staren dus erg mee. De verwachtingen waren in ieder geval negatiever dan de werkelijkheid, op die enkele keer na dan. Maar daar hebben we nu allemaal wat van geleerd, dus het was toch nog ergens goed voor! Wel ben ik heel blij dat mijn haar weer is gaan groeien en ik het doekje inmiddels heb afgezet. Want die paar ongemakkelijke momenten ben ik liever kwijt dan rijk.

Loading

6 comments

  1. Marike says:

    Wat stoer dat je ging stappen met je hoofddoekje! En überhaupt dat je geen pruik droeg. Dat durfde ik niet, te bang voor het staren… Maar eigenlijk moet je je daar niks van aantrekken natuurlijk! Goed voorbeeld geef je!!

  2. Wessel says:

    Hmm… misschien dat ze met ‘dat’ alleen je hoofddoekje bedoelden? Hoe dan ook, blijft een vreemde actie; ik verbaas mezelf er ook regelmatig over dat sommige mensen denken dat er een soort onzichtbare bewegende geluidswal om hen heen zit.

    • Jacintha says:

      Jammer dat ik geen foto van hun gezichtsuitdrukking heb;) Die ‘dat’ was namelijk erg duidelijk op dat moment. Erg jammer dat mensen dat soort dingen niet door hebben!

  3. karin says:

    Ik durf nu te zeggen dat ik je nu aan staar uit enorme bewondering voor de manier hoe jij je hier door heen hebt geslagen.
    Ik maak een diepe buiging

Geef een reactie